Verhalen
De Pijp is een van de populairste wijken van Amsterdam. De oudste verklaring van de naam van deze wijk komt voort uit de Amsterdamsche Courant van 1892: "Waaraan de Pijp haar naam dankt, kan men eigenlijk het beste zien ‘s morgens tussen acht en negen uur. Wanneer men zich dan posteert bij de Hemony-, Van Wou-, Van der Helst- en Ferdinand Bolstraten, die de feitelijke trechters voor de Pijp zijn, dan ziet men welk een stroom van mensen zich door die straten naar de oude stad spoedt; dan zijn het feitelijk lange brede pijpen, levende ‘wolken’ uitblazende naar dat deel van de stad waar de kantoren zijn, de zaken worden afgedaan".
Veel van de straatnamen in de Pijp zijn vernoemd naar Nederlandse schilders. Dat is niet zo vreemd volgens ons. Menig schilder uit de historie heeft het pijproken omarmd en vastgelegd op canvas. Een bekend voorbeeld hiervan is Vincent van Gogh.
Vincent van Gogh is geboren op 30 maart 1853 in het dorp Groot-Zundert. Hij was een fervent pijproker, dit blijkt uit vele zelfportretten waarop hij zichzelf met zijn pijp heeft vastgelegd. In de ochtend van 29 juli 1890 overlijdt Vincent van Gogh en meerdere verhalen vertellen dat hij zijn laatste uren in bed pijprokend heeft doorgebracht met zijn broer Theo aan zijn zij.
Waarschijnlijk, maar niet zeker, is dat deze wereldberoemde artiest een pijp van Gubbels in zijn bezit had.
Door de jaren heen zijn er veel bekende mensen geweest die hun eigen ideeën hebben gehad of ervaringen hebben gehad met het roken van een pijp. Voorbeelden van deze mensen zijn: Albert Einstein en President Ford. Hiernaast vind je nog meer voorbeelden en ook hetgeen zij te zeggen hebben/hadden over het genot van het roken van een tabakspijp.